Travaglini
Travaglini is de grootste producent in het kleine productiegebied van Gattinara. Zij maken verfijnde wijnen die gebotteld worden in flessen met een bijzondere gebogen vorm.
Nebbiolo is dé koningsdruif van de Piëmonte. Zijn verfijning en complexiteit, maar vooral zijn vermogen om de terroir weer te geven in de wijnen maakt hem zeer geliefd bij wijnmakers. Zo ook bij Clemente Travaglini, een wijnboer in het uiterste noorden van de Piëmonte. Hij verkoopt zijn druiven aan andere wijnmakers, maar besluit in 1920 zijn eigen wijnhuis op te richten in het centrum van Gattinara. Zijn passie voor het maken van karakteristieke, kwalitatief goede wijnen zorgt ervoor dat Gattinara steeds meer bekendheid krijgt als wijnregio, wat uiteindelijk leidt tot een DOC-status in 1967 en een DOCG-status in 1990.
In 1958 neemt kleinzoon Giancarlo het roer over van zijn vader Arturo. Hij voert grote veranderingen door in de kelders en de wijngaarden. Apparatuur wordt vernieuwd, wijngaarden worden opnieuw aangeplant en snoeimethodes worden aangepast, waardoor de kwaliteit van de wijnen sterk toeneemt. Ook ontwerpt Giancarlo een bijzonder model wijnfles, de ‘crooked bottle’, waarbij het bezinksel door een knik in de fles bij het inschenken van oudere wijnen vanzelf in de fles achterblijft. Samen met zijn dochter Cinzia, de al net zo gepassioneerde opvolger van haar vader, ontwikkelt hij twee topwijnen waarin de bijzondere terroir centraal staat: de Gattinara Tre Vigne en de Il Sogno.
De wijnen van Travaglini kenmerken zich door hun precisie en verfijning, met grote subtiliteit en gemaakt met een sterk oog voor detail. De wijngaarden liggen in de ‘Alto Piemonte’ op de uitlopers van de Monte Rosa, en worden daarom ook wel ‘berg-Nebbiolo’s’ genoemd. Toch liggen de wijngaarden niet hoger dan andere wijngaarden in bijvoorbeeld Barolo. De naam verwijst vooral naar de invloed van de nabijgelegen bergen, die de wijnen een zeer fijne structuur, een zuivere frisheid en een lang rijpingspotentieel geven. De Alpen beschermen de wijngaarden tegen de koude noordelijke wind, maar zorgen tegelijkertijd voor een constante bries. Ook de mineraalrijke bodem draagt bij aan het unieke karakter van de wijnen: Gattinara is het enige gebied waar de Nebbiolo op een vulkanische ondergrond groeit. Dit geeft de wijnen een opvallend zuiver, mineraal karakter met frisse zuren.